Het succes van het geven van borstvoeding valt of staat met goed aanleggen. Er zijn diverse houdingen waarop je jouw kindje kunt aanleggen dus er is altijd een manier die goed bij je past. Al is wisselen van houdingen nog beter om de borst zo efficiënt mogelijk leeg te laten drinken.
Natuurlijk is het even oefenen, je moet aan elkaar wennen en elkaar leren kennen. Het ene kindje drinkt direct goed aan de borst terwijl een ander kindje wat meer tijd nodig heeft. Geef jezelf de tijd, probeer zoveel mogelijk te ontspannen en beperk het bezoek de eerste twee weken. Zo kunnen jullie samen een perfecte start maken. Onze kraamverzorgenden staan klaar om jullie alles te leren en te ondersteunen waar nodig.
Waar moet je op letten bij het aanleggen
- Wissel de houdingen af
- Ga goed rechtop zitten in bed,stoel of bank (zorg dan wel dat je voeten plat op de grond kunnen staan)
- Oor, schouder en hoofdje van de baby liggen in 1 rechte lijn
- Neusje ligt ter hoogte van de tepel
- Met de tepel ga je langs de lipjes van de baby om een grote hap uit te lokken
- Breng de baby in een vlotte beweging naar de borst zodra het mondje wijd opengesperd is
- De baby moet de tepel en een groot deel van de tepelhof in z’n mondje nemen.
- Het kan wat gevoelig zijn de eerste 10 tellen maar daarna moet dit afnemen.
- Haal de baby van de borst door met je pink het vacuüm te verbreken
- De lipjes moeten naar buiten gekruld zijn
- De kin moet tegen de borst steunen
- Tijdens het zuigen zie je de slaap en oortje bewegen
Madonnahouding
Deze houding is samen met de doorgeschoven madonna houding de meest gebruikte houding om borstvoeding te geven. Het kindje ligt hierbij in je armen met z’n hoofdje in de elleboogholte, hierdoor zijn de nek en hoofd goed ondersteunt. Ga goed rechtop zitten en zorg dat de baby op z’n zij ligt, buik tegen buik. Je armen liggen op elkaar onder je borsten. Drinkt het kindje links dan ligt je linkerarm in je rechterhand. Je linkerhand ondersteunt de billetjes. Het neusje van de baby ligt ter hoogte van de tepel waardoor automatisch het hoofdje van de baby wat achteruitgaat om goed aan te happen. Zodra het mondje van de baby wijd is opengesperd, zoals een vogeltje in een nestje, mag de baby dicht naar de tepel toe.
Doorgeschoven madonnahouding
Bij deze houding ligt de baby ook in je armen alleen houd je de baby vast in de arm aan de andere kant dan de borst die je gaat geven. Je hebt de baby in een V-grip vast onder z’n nek terwijl z’n rug en billetjes op je arm steunen. Ook hierbij ligt de baby weer buik tegen buik. Met de vrije hand ondersteun je de borst in een U-grip van onderaf.
Rugbyhouding
Deze houding is heel erg prettig als je een buikwond hebt door een keizersnede of als je wat zwaardere borsten hebt. Het is fijn om een voedingskussen naast je te leggen en een deel op je schoot. Je legt de baby op z’n zij naast je en ondersteunt de baby door je hand in een V-grip onder de nek te leggen. De beentjes van de baby gaan onder je arm naar de rugleuning van bank of stoel.
Liggend op de rug
Deze houding kan ook prettig zijn bij een buikwond, want je kunt ontspannen op je rug liggen met ondersteuning in de knieholte. Een kussen naast je geeft ondersteuning voor je arm. Leg de baby plat op de buik en ondersteun eventueel het voorhoofd. Dit kan ook een beetje aan de zijkant van je buik zijn of deels op het kussen.
Liggend op de zij
Ga hierbij goed op je zij liggen met een kussen onder je hoofd en je schouder onder het kussen. De baby ligt met z’n buik tegen jouw buik ook op de zij. De baby ligt niet op je arm maar helemaal op het matras. Het neusje van de baby ligt tegenover de tepel.